Een klein berichtje in de krant is exemplarisch voor de waanzin van deze tijd waarin de wereld getroffen is door een pandemie, een virus dat wordt overgedragen van dier op andere dieren, waaronder de mens. En waar dieren die dicht op elkaar leven een extra risicofactor zijn.

In het Chinese Nanyang wordt de grootste varkensstal ter wereld gebouwd. Er moeten straks 84.000(!) moederzeugen met hun biggetjes gehuisvest worden. Dat wil zeggen dat er op een willekeurig moment zo’n 900.000 dieren in deze stal zijn. Jaarlijks zullen 2,1 miljoen varkens afkomstig uit dit éne bedrijf worden geslacht voor de consumptie van hun vlees.

Varkens spelen al duizenden jaren een belangrijke rol in de Chinese cultuur en het dagelijkse leven van de Chinese bevolking. Tot voor kort, leefden Chinezen en varkens als in een partnerschap samen. Een boer op het platteland verbouwde graan, had een paar kippen voor de eieren en een paar varkens voor de mest. Deze mest werd gebruikt op het land. Vaak maar één keer per jaar werd een varken in het dorp geslacht. Er was dagelijkse interactie tussen mens en varken. De varkens waren onderdeel van de familie en zo werd er ook naar ze gekeken. Ze vertegenwoordigden natuurlijk een financiële waarde waar goed voor gezorgd moest worden. Maar hun intelligentie en nieuwsgierigheid maakte de relatie tussen mens en dier eerlijk en oprecht. Dat de dieren uiteindelijk werden opgegeten deed hier niets aan af.

China en zijn varkens

Tot aan de jaren 70 werden varkens in China dus hoofdzakelijk gehouden vanwege hun productie van mest. Hoe meer varkens, hoe meer mest, hoe hoger de graanproductie, was de kreet destijds. Nog maar 35 jaar geleden werd 95% van al het varkensvlees geproduceerd door kleine, lokale boeren, die maximaal 5 varkens hielden. Altijd als onderdeel van wat wij in Nederland een kleinschalig gemengd bedrijf zouden noemen. Vanaf begin jaren 80, na het eind van de Culturele Revolutie, ging het snel met de industrialisatie van de productie van varkensvlees. De Chinese overheid startte met het programma ‘Reform and Opening’ en stimuleerde hiermee de privatisering van de agrarische sector. Wat begon met vijf varkens per bedrijf, groeide in veertig jaar uit naar de megalomane stal die nu gebouwd wordt. Tienduizenden genetisch (bijna) identieke varkens worden zes maanden in betonnen kolossen gestopt en krijgen uitgekiend eten tot ze op hun slachtgewicht zijn. De vroegere verbondenheid tussen mensen en hun dieren is bij de oudere generatie op het platteland achtergebleven. Het is onmogelijk compassie te voelen voor je eigen 900.000 dieren die op geen enkele manier hun natuurlijke gedrag en daarmee hun intelligentie en persoonlijkheid kunnen tonen. Hun nieuwsgierigheid verworden tot apathie vanwege het totale gebrek aan prikkels. Deze levende wezens, uitstekend in staat om pijn, opwinding en empathie te tonen zijn verworden tot zombies.

De liberalisering van de varkenshouderij hebben de Chinezen tot in de finesse geoptimaliseerd. Ongehinderd door volksgezondheid, klimaat of dierenwelzijnswetgeving. De gevolgen hiervan zijn over de hele wereld merkbaar. Grote delen van Zuid-Amerika zijn ontgonnen voor de productie van varkensvoer. Deze alles verwoestende sojaproductie bedreigd het voortbestaan van tropische oerbossen. Maar ook de oceanen ontkomen niet aan de Chinese honger naar varkensvlees. Jaarlijks wordt er 600.000 ton vis uit de zee gehaald, dat omgezet wordt in vismeel en gevoerd wordt aan de Chinese varkens. En rijke meststoffen, varkenspoep, waar de Chinezen vroeger zo blij van werden, zijn nu vervuilende restproducten.

Afrikaanse varkenspest in China

In 2019 bereikte de Afrikaanse varkenspest China. Dit dodelijke virus kon zich door de intensieve varkenshouderij in China razendsnel verspreiden. Meer dan 200 miljoen varkens werden gedood. Lees het nog maar een keer: 200 miljoen varkens. En niet met een diervriendelijk spuitje. Veel dieren werden levend begraven, in brand gestoken en van grote hoogte met grijpers in een massagraf gegooid. De varkensproductie komt nu langzaam weer op gang, mede dankzij Nederlandse zeugen die in mei van dit jaar op het vliegtuig naar China zijn gezet. Vol trots toont vakblad de Boerderij dichte kratten waarin duidend varkens ‘met hoge fokwaarde’ in gezet zijn voor vervoer naar China. De Chinezen staan niet bekend om hun strenge dierenwelzijnsregels, noch om hun zorg voor het klimaat. De ‘corona’-markt in Wuhan heeft laten zien hoe vreselijk de omgang met dieren in een openbare omgeving is. Nederland draagt door de uitlevering van Nederlandse varkens aan China, niet alleen bij aan vreselijke dierenleed en ontbossing van de aarde, maar ook aan de kans op een volgende uitbraak van een besmettelijke ziekte.

We moeten concluderen dat het Chinese programma ‘Reform and Opening’ na veertig jaar mede heeft geleid tot de teloorgang van de aarde. Plantaardig eten is de enige optie voor de toekomst van onze kinderen. Een nieuwe wereldwijde Culturele Eiwit Revolutie, met een opvolgend programma gericht op Plantaardig en Groen, zou de wereld nog kunnen redden. Een varkensstal met 900.000 dieren doet dat in ieder geval niet.